Coronavirus: een straf van God?

Is het coronavirus een straf van God? Dat is een vraag die de afgelopen dagen weer volop aandacht kreeg. Aanleiding was een artikel van de hoofdredactie van het Reformatorisch Dagblad. Hoewel de uitdrukking ‘straf van God’ hierin vermeden wordt, lezen we wel de volgende zin over God: ‘Hij zendt ziekte zoals ooit de plagen in Egypte, om de mens tot inkeer te brengen.’
Daar kun je natuurlijk wel wat vragen bij stellen die lastig te beantwoorden zijn. Want wie wordt er nu precies gestraft? Het virus lijkt vrij willekeurig om zich heen te grijpen. De een wordt besmet en de ander niet. De een wordt er doodziek van en de ander heeft er weinig last van. Laat God goeden en kwaden lijden door de zonden van de gemeenschap? Of moet ik geloven dat God deze piepkleine deeltjes die zoveel ellende aanrichten, persoonlijk zo leidt dat ze precies de ‘goede’ mensen treffen?
Ook blijft het onduidelijk welke zonde nu precies zo’n straf oproept. Het RD probeert wel de hand in eigen boezem te steken, maar gezien de vele reacties is dat niet echt overgekomen. In ieder geval maakt de minister van defensie in Zimbabwe het nog een stuk bonter: het is omdat de VS en de EU zijn land sancties hebben opgelegd. Daardoor zijn de westerse landen nu getroffen door het virus, terwijl Zimbabwe (nog) zonder besmettingen is. Zo kan iedereen een uitleg geven die hem of haar het beste uitkomt. ‘God heeft gesproken’, roept men, maar wat Hij nu precies zegt, is blijkbaar alleen voor de ingewijden duidelijk.
Hoe langer ik erover nadenk, hoe erger ik het vind. Als je spreekt over het virus als een straf van God, wat voor beeld krijgen we dan van Hem? Een god die willekeurig met ziekten en rampen om zich heen slaat om zo de mensheid tot inzicht te brengen… Als God werkelijk zou straffen, zou Hij het dan niet wat rechtvaardiger doen?
Volgens mij lezen we in de Bijbel wat anders. Dat God soms gebruik kan maken van de omstandigheden, akkoord. Maar dat Hij daardoor spreekt en straft? Dat is nu juist een oeroude heidense gedachte, die je bij talloze volken waaronder de Grieken en de Germanen tegenkomt: achter elke gril van de natuur zit wel een godheid die op een of andere manier de mensen of zijn collega-goden te grazen neemt.
De God van Israël die ik in de Bijbel leer kennen is totaal anders. Hij spreekt door zijn woord. En Hij spreekt zijn diepste woord door Jezus die in heel zijn leven en sterven laat zien hoe groot en hoe diep de liefde van God is.
Ja, maar lees je in de Bijbel dan ook niet dat God mensen straft, bijvoorbeeld door ziekte of natuurrampen? Jazeker, dat is het wereldbeeld van de mensen toen, waarbij het woord van God aansluit. Natuurlijk hoeven wij niet aan het wereldbeeld van vroeger vast te houden. Het gaat om de boodschap die toen klonk en ons ook vandaag de weg mag wijzen. Dat is de boodschap van Jezus die onze ideeën altijd weer onder kritiek stelt, zeker als ze nog vol zijn van heidense invloeden.
Want Jezus is het beeld van God. In Hem zie je God in het hart. En wat je daar ziet is zo ongelofelijk mooi: liefde die zichzelf geeft voor de ander. Liefde die het leven zinvol maakt. Liefde die kracht geeft om op te staan en de strijd aan te gaan tegen virussen en tegen al het mogelijke kwaad dat je in de wereld tegenkomt.

Adri Bloemendal

 

Naar het overzicht